Het Therapeutisch effect van dieren op mensen.
Het aaien en aanraken van een dier geeft ons een gevoel van zekerheid, kameraadschap, intimiteit en continuïteit. Maar zijn die gevoelens ook wetenschappelijk te staven? Jazeker! De onderzoeken tonen unaniem aan dat het aaien van een dier een gunstig effect heeft op de bloeddruk en hartslag. Daarnaast verhoogt aaien de aanmaak van endorfine, het welbekende stofje dat een gevoel van genot geeft. Wanneer een dier wordt ingezet bij de behandeling van patiënten – uiteenlopend van hartpatiënten tot mensen met autisme - is het effect helemaal verbluffend: patiënten reageren beter op hun medicijnen, hebben minder slaap- of rustgevende medicatie nodig, verbeteren hun motorische en geestelijke capaciteiten, komen uit hun isolement, voelen zich minder depressief of komen hun depressiviteit zelfs helemaal te boven. Al deze wetenschappelijk aangetoonde effecten zorgen ervoor dat dieren steeds meer terrein winnen in allerlei (zorg)instellingen.
Amerikaanse artsen waren de eersten die over de positieve gevolgen van huisdieren op mensen berichten. Sinds 1977 verzamelt de Delta-Society ervaringen over de therapeutische kwaliteiten van dieren. Deze vereniging was de grondlegger van de dierondersteunende therapie. Aaien en aanraken van een dier bezorgt een gevoel van zekerheid, kameraadschap, intimiteit en continuïteit. Dieren dragen bij aan de psychische en fysische gezondheid van de mens. |
Serpell (2000) voert aan dat bij dierondersteunende therapie factoren zoals psychische, fysiologische en sociale factoren met elkaar verbonden worden. Hij gaat ervan uit dat dieren de aandacht op zich vestigen en daarmee voor afleiding zorgen. Hierdoor brengen zij mensen meteen in een toestand van ontspanning. Daar komt bij dat dierlijke metgezellen mensen een sociale ondersteuning bieden. Dit werkt stress verminderend, dus werken dieren als een zogenaamde buffer tegen stress!
Ook in Duitsland heeft men de positieve effecten van therapiehonden bestudeerd en in realiteit omgezet (Universität Bonn, Erlangen, Epilepsie-Zentrum Bethel).
Een kat of hond is als "therapeutisch medium" bijzonder geschikt, omdat deze meeleeft en dingen aanvoelt. Een kat of hond kan zich goed in elke situatie aanpassen, Het dier zoekt contact en kan door middel van zijn mimiek en lichaamstaal communiceren. Kortom het dier geniet van gemeenschappelijke activiteiten met mensen en nodigt mensen uit om iets met hem of haar te doen!
Honden en katten werken positief op onze gezondheid door ons aan het lachen te brengen en ons tot spelen te motiveren. De relatie met een mens kent geen eisen over openheid van zwakte en het bloot geven van emoties. Het is de hond of kat om het even wat de mens over zichzelf denkt of wat anderen van hem denken.
De therapie met hulp van een hond of kat heeft een rustgevende werking op de patiënt. Onderzoek laat zien dat patiënten die met behulp van een therapie hond of kat behandeld worden beter reageren op hun medicijnen, hun bloeddruk daalt, hun hartslag verbeterd. Tevens geeft het een verhoogde endorfine productie en aansporing tot verbetering van motorische- en geestelijke capaciteiten. Een van de allerbelangrijkste veranderingen is het opheffen van depressiviteit en daardoor wordt een algemene activering en verhoging van de motivatie van een patiënt om mee te werken met de therapie bereikt. De therapie met een hond of kat geeft een impuls tot communiceren en hierdoor kan men nieuwe sociale contacten opdoen.
Gebleken is dat een patiënt minder slaap en beduidend minder rust gevende tabletten nodig heeft als wanneer geen hond of kat bij de therapie gebruikt word. Ook bij kinderen werkt de aanwezigheid van een hond of kat bloeddruk verlagend en stress verminderend.
Dieren helpen mensen, maar hoe?
Het effect van (huis)dieren is al jarenlang bekend bij doktoren. Denk bijvoorbeeld aan het aquarium in de wachtkamer van de huisarts. De vissen leiden af, geven de patiënten een gevoel van rust. Zo simpel kan het zijn.
Nog een voorbeeld: Een firma in Tokio heeft een Schotse Collie in dienst. De hond loopt door de kantoorruimte. Iedereen mag haar naar gelang aaien. Het zorgt voor ontspanning en pept de werknemers op. Wat blijkt? De werknemers zijn nu bewezen evenwichtiger, vrolijker en daardoor productiever!
Alzheimer.
Bij enkele Alzheimerpatiënten is gebleken dat een therapie hond of kat helpt bij het voeren van een volkomen normaal gesprek; iets dat zonder therapie hond of kat niet mogelijk was. De mentale kwaliteiten van dementerende patiënten werden met behulp van een dier beduidend beter.
Fysiotherapie.
Fysieke revalidatie van patiënten wordt aanzienlijk verbeterd wanneer dieren als co-therapeuten worden ingezet. Een therapiedier motiveert een patiënt om specifieke bewegingsoefeningen te doen. Bijvoorbeeld: door het aaien en aanraken van een dier, worden spieren van een zieke hand pijnvrij gerekt. De zachte en warme vacht van het dier maken de oefeningen plezierig. Ook kinderen met fysieke problemen of mensen met chronische pijn worden door een dier gestimuleerd om te bewegen.
Hersenbloeding.
Dieren helpen mensen met spraakgebreken na hersenbloedingen. Patiënten spreken namelijk makkelijker tegen een kat of hond. Een dier oordeelt niet, lacht niet om fouten en stimuleert het gesprek door oprechte aandacht. De schaamte om fouten te maken valt weg bij een therapiedier. Daarnaast leren patiënten weer logisch opeenvolgende handelingen te verrichten of te onthouden. Denk aan: doe eerst de bench open, laat dan de hond eruit. Aai de hond, borstel de hond en geef tot slot een beloning.
Kinderen.
Therapiedieren boeken positieve resultaten bij moeilijk opvoedbare jongeren, jongeren met randpsychiatrische problemen, bij kinderen met een verleden van mishandeling en misbruik, en bij kinderen die hun rouw moeten verwerken. Verstandelijk en lichamelijk gehandicapte kinderen verbeteren door de omgang met een therapiedier hun motoriek, reactievermogen en leervermogen. Bij kinderen met een gedragsstoornis en of autisme wordt door middel van werken met een therapiedier de toegang tot de omgeving vergemakkelijkt.
Autisme.
Bij autisten kan een kat of hond de muren afbreken waarmee deze mensen zich van hun omgeving afzonderen. De dieren hebben een rustgevend en ontspannend effect waardoor spierkrampen worden opgeheven. Bovendien sporen dieren aan tot interactie en communicatie, twee zaken die bij autisten (sterk) onderontwikkeld zijn.
Coma.
Comapatiënten leven in een geheel individuele bewustzijnsstaat. Bekende katten of honden - vooral hun geur - kunnen comapatiënten versterken en zo bijdragen tot de lichamelijke gezondheid van de patiënt.
Het dier als sociaal bindmiddel.
Dieren werken als sociale katalysator: met een dier in de buurt is er plotseling een hoop gespreksstof. Bewoners en patiënten praten met het dier, met het personeel, maar ook met elkaar. Zo wordt de eenzaamheid opgeheven. Dieren zijn sociale partners, die mensen helpen sociale contacten te maken.
Kortom:
Bron: Pepper&dolls.
Ook in Duitsland heeft men de positieve effecten van therapiehonden bestudeerd en in realiteit omgezet (Universität Bonn, Erlangen, Epilepsie-Zentrum Bethel).
Een kat of hond is als "therapeutisch medium" bijzonder geschikt, omdat deze meeleeft en dingen aanvoelt. Een kat of hond kan zich goed in elke situatie aanpassen, Het dier zoekt contact en kan door middel van zijn mimiek en lichaamstaal communiceren. Kortom het dier geniet van gemeenschappelijke activiteiten met mensen en nodigt mensen uit om iets met hem of haar te doen!
Honden en katten werken positief op onze gezondheid door ons aan het lachen te brengen en ons tot spelen te motiveren. De relatie met een mens kent geen eisen over openheid van zwakte en het bloot geven van emoties. Het is de hond of kat om het even wat de mens over zichzelf denkt of wat anderen van hem denken.
De therapie met hulp van een hond of kat heeft een rustgevende werking op de patiënt. Onderzoek laat zien dat patiënten die met behulp van een therapie hond of kat behandeld worden beter reageren op hun medicijnen, hun bloeddruk daalt, hun hartslag verbeterd. Tevens geeft het een verhoogde endorfine productie en aansporing tot verbetering van motorische- en geestelijke capaciteiten. Een van de allerbelangrijkste veranderingen is het opheffen van depressiviteit en daardoor wordt een algemene activering en verhoging van de motivatie van een patiënt om mee te werken met de therapie bereikt. De therapie met een hond of kat geeft een impuls tot communiceren en hierdoor kan men nieuwe sociale contacten opdoen.
Gebleken is dat een patiënt minder slaap en beduidend minder rust gevende tabletten nodig heeft als wanneer geen hond of kat bij de therapie gebruikt word. Ook bij kinderen werkt de aanwezigheid van een hond of kat bloeddruk verlagend en stress verminderend.
Dieren helpen mensen, maar hoe?
Het effect van (huis)dieren is al jarenlang bekend bij doktoren. Denk bijvoorbeeld aan het aquarium in de wachtkamer van de huisarts. De vissen leiden af, geven de patiënten een gevoel van rust. Zo simpel kan het zijn.
Nog een voorbeeld: Een firma in Tokio heeft een Schotse Collie in dienst. De hond loopt door de kantoorruimte. Iedereen mag haar naar gelang aaien. Het zorgt voor ontspanning en pept de werknemers op. Wat blijkt? De werknemers zijn nu bewezen evenwichtiger, vrolijker en daardoor productiever!
Alzheimer.
Bij enkele Alzheimerpatiënten is gebleken dat een therapie hond of kat helpt bij het voeren van een volkomen normaal gesprek; iets dat zonder therapie hond of kat niet mogelijk was. De mentale kwaliteiten van dementerende patiënten werden met behulp van een dier beduidend beter.
Fysiotherapie.
Fysieke revalidatie van patiënten wordt aanzienlijk verbeterd wanneer dieren als co-therapeuten worden ingezet. Een therapiedier motiveert een patiënt om specifieke bewegingsoefeningen te doen. Bijvoorbeeld: door het aaien en aanraken van een dier, worden spieren van een zieke hand pijnvrij gerekt. De zachte en warme vacht van het dier maken de oefeningen plezierig. Ook kinderen met fysieke problemen of mensen met chronische pijn worden door een dier gestimuleerd om te bewegen.
Hersenbloeding.
Dieren helpen mensen met spraakgebreken na hersenbloedingen. Patiënten spreken namelijk makkelijker tegen een kat of hond. Een dier oordeelt niet, lacht niet om fouten en stimuleert het gesprek door oprechte aandacht. De schaamte om fouten te maken valt weg bij een therapiedier. Daarnaast leren patiënten weer logisch opeenvolgende handelingen te verrichten of te onthouden. Denk aan: doe eerst de bench open, laat dan de hond eruit. Aai de hond, borstel de hond en geef tot slot een beloning.
Kinderen.
Therapiedieren boeken positieve resultaten bij moeilijk opvoedbare jongeren, jongeren met randpsychiatrische problemen, bij kinderen met een verleden van mishandeling en misbruik, en bij kinderen die hun rouw moeten verwerken. Verstandelijk en lichamelijk gehandicapte kinderen verbeteren door de omgang met een therapiedier hun motoriek, reactievermogen en leervermogen. Bij kinderen met een gedragsstoornis en of autisme wordt door middel van werken met een therapiedier de toegang tot de omgeving vergemakkelijkt.
Autisme.
Bij autisten kan een kat of hond de muren afbreken waarmee deze mensen zich van hun omgeving afzonderen. De dieren hebben een rustgevend en ontspannend effect waardoor spierkrampen worden opgeheven. Bovendien sporen dieren aan tot interactie en communicatie, twee zaken die bij autisten (sterk) onderontwikkeld zijn.
Coma.
Comapatiënten leven in een geheel individuele bewustzijnsstaat. Bekende katten of honden - vooral hun geur - kunnen comapatiënten versterken en zo bijdragen tot de lichamelijke gezondheid van de patiënt.
Het dier als sociaal bindmiddel.
Dieren werken als sociale katalysator: met een dier in de buurt is er plotseling een hoop gespreksstof. Bewoners en patiënten praten met het dier, met het personeel, maar ook met elkaar. Zo wordt de eenzaamheid opgeheven. Dieren zijn sociale partners, die mensen helpen sociale contacten te maken.
Kortom:
- Dieren stimuleren mensen te bewegen.
- Dieren geven psychische verlichting.
- Dieren hebben een positieve en levensbevestigende invloed op mensen.
- Dieren geven een groter gevoel van de zelfwaarde.
- Dieren geven het gevoel dat men nodig is.
- Dieren zorgen voor een ontspannen klimaat tijdens de traditionele therapie.
- Dieren die vaak therapeutisch worden ingezet zijn Honden, katten, Paarden en Dolfijnen.
Bron: Pepper&dolls.